Rechtbank Overijssel, 15-06-2017, ECLI:NL:RBOVE:2017:2706, 201746
Rechtbank Overijssel, 15-06-2017, ECLI:NL:RBOVE:2017:2706, 201746
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Overijssel
- Datum uitspraak
- 15 juni 2017
- Datum publicatie
- 6 juli 2017
- ECLI
- ECLI:NL:RBOVE:2017:2706
- Zaaknummer
- 201746
Inhoudsindicatie
Vorderingen afgewezen.
Uitspraak
vonnis
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
zaaknummer / rolnummer: C/08/201746 / KG ZA 17-154
Vonnis in kort geding van 15 juni 2017
in de zaak van
[eiseres] ,
wonende te [plaats 1] ,
eiseres,
advocaat mr. M.J.H. Mühlstaff te Deventer,
tegen
[gedaagde] ,
wonende te [plaats 2] ,
gedaagde,
advocaat mr. H.M. van Eerten te Zwolle.
Partijen zullen hierna [eiseres] en [gedaagde] genoemd worden.
1 De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- -
-
de dagvaarding
- -
-
de akte overlegging producties van [eiseres]
- -
-
de akte inbreng producties van [gedaagde]
- -
-
de mondelinge behandeling op 1 juni 2017
- -
-
de pleitnota van [eiseres] .
Ten slotte is vonnis bepaald.
2 De feiten
Partijen zijn gewezen echtgenoten.
Nadat bij beschikking van 9 maart 2015 (zaaknummer: C/08/162894 / ES RK 14-2901) de echtscheiding is uitgesproken tussen partijen, op 4 juni 2004 in de gemeente [plaats 3] met elkaar gehuwd, is bij – uitvoerbaar bij voorraad verklaarde – beschikking van 4 juli 2016 (zaaknummer: C/08/162894 ES RK 14-2901 (echtscheiding) en C/08/164914 ES RK 14-343 (boedel)), voor zover hier van belang, [gedaagde] veroordeeld tot betaling van
€ 36.000,00 (exclusief wettelijke rente) aan [eiseres] en is bepaald dat [gedaagde] met ingang van de datum van echtscheiding, 9 april 2015, een bedrag van € 286,00 per kind per maand telkens bij vooruitbetaling aan [eiseres] voldoet als bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de (4) minderjarigen. Tegen de beschikking van 4 juli 2016 heeft [gedaagde] hoger beroep ingesteld. De mondelinge behandeling van het hoger beroep is vastgesteld op 14 juni 2017 om 13.30 uur te Leeuwarden.
3 Het geschil
[eiseres] vordert – na eisvermindering – dat de voorzieningenrechter bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
(I) [gedaagde] zal veroordelen om aan [eiseres] te verstrekken (1) een overzicht van de investeringen van de eenmanszaak [X] in de jaren 2014 tot heden, (2) betalingsbewijzen van alle advocatennota’s, civiel, personen- en familierecht en strafrechtelijk, vanaf het eerste bezoek van [gedaagde] in 2014 aan de advocaat tot het laatste bezoek in april 2017 en (3) de boekhouding, belastingaangiften en aanslagen 2014 tot en met 2016 van [gedaagde] , binnen 24 uur na dit vonnis, op straffe van een dwangsom van
€ 10.000,00 voor iedere dag die [gedaagde] in gebreke blijft hieraan te voldoen, tot een maximum van € 100.000,00;
(II) [gedaagde] zal veroordelen tot betaling van de wettelijke rente over de alimentatie vanaf de dag dat die verschuldigd is tot aan de dag der algehele voldoening, per 8 mei 2017 groot
€ 2.823,43;
(III) [gedaagde] zal veroordelen tot betaling van incassokosten voor de werkzaamheden die de advocaten van [eiseres] tot op heden hebben moeten maken om het LBIO en de deurwaarder aan te sturen, groot € 2.500,00;
(IV) althans een zodanige beslissing zal nemen en met ingang van zodanige datum als de voorzieningenrechter in goede justitie zal vermenen te behoren;
(V) [gedaagde] zal veroordelen in de kosten van deze procedure.
[gedaagde] voert gemotiveerd verweer.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.