Home

Rechtbank Noord-Nederland, 01-06-2017, ECLI:NL:RBNNE:2017:1945, 18/930313-16

Rechtbank Noord-Nederland, 01-06-2017, ECLI:NL:RBNNE:2017:1945, 18/930313-16

Gegevens

Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Datum uitspraak
1 juni 2017
Datum publicatie
1 juni 2017
ECLI
ECLI:NL:RBNNE:2017:1945
Zaaknummer
18/930313-16
Relevante informatie
Invoeringswet Wegenverkeerswet 1994 [Tekst geldig vanaf 01-05-2009] art. 6, Wegenverkeerswet 1994 [Tekst geldig vanaf 01-06-2023 tot 01-07-2023] art. 175, Wegenverkeerswet 1994 [Tekst geldig vanaf 01-06-2023 tot 01-07-2023] art. 179

Inhoudsindicatie

Rechtbank veroordeelt verdachte ter zake overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994 tot een maximale taakstraf en een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf van 4 maanden met een proeftijd van 2 jaar. Daarnaast legt de rechtbank aan verdachte een deels voorwaardelijke rijontzegging op met een proeftijd van 2 jaar.

De rechtbank is van oordeel dat het verkeersgedrag van verdachte, die met zijn gedachten bij een vergeten afspraak was en in de auto heeft gebeld en geappt, te kwalificeren is als zeer onvoorzichtig en onoplettend. Ten gevolge van het aan de schuld van verdachte te wijten verkeersongeval heeft de bestuurder van de door hem aangereden personenauto zwaar lichamelijk letsel opgelopen en is de bijrijdster, moeder van de bestuurder, dusdanig zwaar gewond geraakt dat zij aan haar verwondingen is overleden.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht

Locatie Groningen

parketnummer 18/930313-16

vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 1 juni 2017 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1952 te [geboorteplaats] ,

wonende te [woonadres] , [woonplaats] .

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van

18 mei 2017.

Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. M.C. van Linde, advocaat te Groningen.

Het openbaar ministerie werd ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. J.F. Severs.

Tenlastelegging

Aan verdachte is -na wijziging van de tenlastelegging- ten laste gelegd dat:

hij op of omstreeks 25 september 2015,

te of bij Beilen, (in elk geval) in de gemeente Midden-Drenthe,

als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig

(personenauto), daarmede rijdende over de weg, de N381,

zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval

heeft plaatsgevonden,

doordat verdachte roekeloos, in elk geval zeer, althans aanmerkelijk,

onvoorzichtig en/of onoplettend, terwijl het zicht ter plaatse en/of het

uitzicht van verdachte niet werd belemmerd, beperkt en/of werd gehinderd,

tijdens het besturen van voornoemd motorrijtuig niet voortdurend zijn aandacht

bij de weg en/of het verkeer heeft gehouden en/of

(daarbij) niet, in elk geval in onvoldoende mate op het voor hem gelegen

weggedeelte van die en het overige verkeer heeft gelet en/of is blijven letten

en/of

in onvoldoende mate rekening heeft gehouden met zich voor hem, verdachte, op

die weg bevindende (andere) stilstaande motorrijtuigen die alarmlichten en/of

waarschuwingslichten voerden en/of

(daarbij) zijn snelheid niet zodanig heeft geregeld dat hij, verdachte in

staat was voormeld motorrijtuig tot stilstand te brengen binnen de afstand

waarover hij die weg kon overzien en waaover deze vrij was

immers is hij, verdachte, met dat door hem bestuurde motorrijtuig aangereden

of opgebotst tegen die zich voor hem op die weg bevindende motorrijtuigen

waardoor een ander (genaamd [slachtoffer 1] ) werd gedood, in elk geval zodanig

(zwaar) lichamelijk letsel werd toegebracht, dat die daaraan is overleden,

en/of waardoor een ander (genaamd [slachtoffer 2] ) zwaar lichamelijk letsel (te weten zes gebroken ribben en/of gekneusde longen) werd toegebracht, althans zodanig lichamelijk letsel dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden ontstond;

althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat

hij op of omstreeks 25 september 2015,

te of bij Beilen, (in elk geval) in de gemeente Midden-Drenthe,

als bestuurder van een voertuig (personenauto), daarmee rijdende op de weg, de

N381,

tijdens het besturen van voornoemd motorrijtuig niet voortdurend zijn aandacht

bij de weg en/of het verkeer heeft gehouden en/of

(daarbij) niet, in elk geval in onvoldoende mate op het voor hem gelegen

weggedeelte van die en het overige verkeer heeft gelet en/of is blijven letten

en/of

in onvoldoende mate rekening heeft gehouden met zich voor hem, verdachte, op

die weg bevindende (andere) stilstaande motorrijtuigen die alarmlichten en/of

waarschuwingslichten voerden en/of

(daarbij) zijn snelheid niet zodanig heeft geregeld dat hij, verdachte in

staat was voormeld motorrijtuig tot stilstand te brengen binnen de afstand

waarover hij die weg kon overzien en waaover deze vrij was

immers is hij, verdachte, met dat door hem bestuurde motorrijtuig aangereden

of opgebotst tegen die zich voor hem op die weg bevindende motorrijtuigen

door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt,

althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd,

althans kon worden gehinderd;

Beoordeling van het bewijs

Bewezenverklaring

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Strafbaarheid van verdachte

Strafmotivering

Toepassing van wetsartikelen

Uitspraak

De rechtbank

een gevangenisstraf voor de duur van vier maanden.

een taakstraf voor de duur van 240 uren.