Home

Rechtbank Noord-Nederland, 11-05-2016, ECLI:NL:RBNNE:2016:5835, 4953260

Rechtbank Noord-Nederland, 11-05-2016, ECLI:NL:RBNNE:2016:5835, 4953260

Gegevens

Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Datum uitspraak
11 mei 2016
Datum publicatie
16 juni 2017
ECLI
ECLI:NL:RBNNE:2016:5835
Zaaknummer
4953260

Inhoudsindicatie

verzoek ontbinding arbeidsovereenkomst

Uitspraak

Afdeling Privaatrecht

Locatie Leeuwarden

zaak-/rolnummer: 4953260 \ AR VERZ 16-83

beschikking van de kantonrechter d.d. 11 mei 2016

inzake

[verzoeker en verweerder in tegenverzoek] ,

wonende te Heerenveen,

verzoeker,

verweerder in het tegenverzoek,

gemachtigde: mr. N.H.M. Poort, advocaat te Heerenveen,

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

JVH HOSPITALITY B.V.,

gevestigd te 's-Hertogenbosch,

gedaagde,

verzoekster in het tegenverzoek,

gemachtigde: mr. M.O. de Bont, advocaat te 's-Hertogenbosch.

Partijen zullen hierna [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] en JVH worden genoemd.

1 Procesverloop

1.1

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het verzoekschrift ex artikel 7:681 BW met producties, binnengekomen op 30 maart 2016;

- het verweerschrift met producties, tevens houdende een voorwaardelijk ontbindingsverzoek ex artikel 7:671b BW;

- het faxbericht van 18 april 2016 van mr. Poort met productie;

- de mondelinge behandeling van 20 april 2016;

- de pleitaantekeningen van mr. Poort.

1.2

Ten slotte is de beschikking bepaald op heden.

2 De feiten

2.1.

[verzoeker en verweerder in tegenverzoek] , geboren [geboortedatum] 1971, is op 15 juli 2008 bij JVH in dienst getreden en was laatstelijk werkzaam in de functie van [functie verzoeker en verweerder in tegenverzoek] , tegen een bruto salaris van € € 2.706,95 per maand, exclusief vakantiebijslag en feestdagentoeslag.

2.2.

Blijkens de functiebeschrijving is de [functie verzoeker en verweerder in tegenverzoek] onder meer verantwoordelijk voor:

* coördineren en bewaken van geldstromen;

* administratief verwerken van de dagelijkse geldhandelingen;

* zorgdragen voor correcte en accurate geldhandelingen door (i) het uitvoeren van alle voorkomende geldhandelingen vanuit de kassa en geldautomaten en (ii) het verzorgen van de bijbehorende administratie;

* geven van leiding aan en begeleiden, coachen en controleren van medewerkers van het casino;

* naleven van de JVH Algemene Bedrijfsbepalingen en toezien op de naleving van deze bepalingen door de medewerkers;

* toezicht houden op, registreren en naleven van alle procedures en richtlijnen, zoals opgenomen in het kwaliteitshandboek.

2.3.

Op de arbeidsovereenkomst zijn de Algemene Bedrijfsbepalingen van JVH gaming B.V. en groepsmaatschappijen van toepassing verklaard. In deze gedragsregels is, voor zover van belang, het volgende bepaald:

2.1

Gedragsregels

Van iedere werknemer wordt verwacht dat hij integer, te goeder trouw en loyaal zijn werk verricht, dat hij de regels en voorschriften respecteert en naleeft.

2.4.

JVH heeft het primaire proces van geldstromen binnen haar casino's vastgelegd in het reglement Kwaliteitssysteem. Onderdeel van dit Kwaliteitssysteem is het zogenaamde Boekingen REAC. Onder punt 16 daarvan staat het volgende:

16 Gevonden gelden

- gevonden gelden (op de vloer, in een automaat, in kluisruimte, etc), waarvan niet duidelijk is waarbij het hoort, worden altijd in het kasboek ingegeven als positieve kascorrectie, ovv "gevonden geld";

- gevonden gelden mogen niet zonder boeking worden bewaard.

2.5.

Op 4 december 2015 heeft op de vestiging van JVH te Heerenveen een interne audit plaatsgevonden. Op het daarvan opgestelde rapportageformulier van 4 december 2015 is onder punt 6 als verbeterpunt opgenomen dat in Boekingen REAC in de periode sept-okt-nov geen sprake is van boekingen van gevonden geld. Onder oorzaakanalyse is aangegeven dat uit interview is gebleken dat gevonden gelden zonder verdere registratie in de kassa gaan. Onder oplossing is aangegeven dat gevonden geld moet worden geboekt conform Boekingen REAC.

2.6.

Het rapportageformulier is aan [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] op 7 december 2015 toegezonden. Op 10 december 2015 heeft [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] zijn visie gegeven op de daarin geconstateerde verbeterpunten onder het kopje "Oplossing per". Terzake verbeterpunt 6 heeft hij aangegeven dat het "onder aandacht is gebracht".

2.7.

Op 7 en 8 februari 2016 hebben mystery guests op de vestiging van JVH te Heerenveen gevonden geld aan [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] aangeboden, telkens in de vorm van een muntstuk van € 2,--. Van beide incidenten zijn camerabeelden gemaakt.

2.8.

Op 7 en 8 februari 2016 zijn in Heerenveen geen registraties gedaan van gevonden geld in Boekingen REAC. Ook is er geen kascorrectie ingevoerd.

2.9.

Op 16 februari 2016 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] , [A] , regiomanager bij JVH, en [B] , HR Officer bij JVH. In dit gesprek is [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] geconfronteerd met het feit hij tijdens zijn dienst op 7 en 8 februari 2016 twee keer een muntstuk van € 2,-- heeft gevonden, deze niet conform de voorgeschreven procedure heeft geboekt in Boekingen REAC en evenmin in de kassa heeft gestopt, maar in zijn zak heeft gestoken. Aan het einde van het gesprek is [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] te verstaan gegeven dat hij werd geschorst.

2.10.

Bij brief van 17 februari 2016 is [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] op staande voet ontslagen. In de brief is daarvoor als reden gegeven dat [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] tijdens het gesprek op 16 februari 2016 heeft erkend dat hij het op 7 en 8 februari 2016 gevonden geld in zijn zak heeft gestoken en heeft aangegeven dat hij dit altijd doet als hij geld vindt. Bovendien heeft [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] tijdens het gesprek een muntstuk van € 2,-- uit zijn broekzak gehaald en aangegeven dat hij dat eerder die dag had gevonden, vervolgens in zijn broekzak had gestoken en met dat muntstuk uit de vestiging is geweest. JVH heeft te kennen gegeven dat zij op grond hiervan tot geen andere conclusie kan komen dan dat [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] zich doelbewust en zonder toestemming geld toe-eigent, terwijl hij als casinomanager een voorbeeldfunctie heeft, op de hoogte is van de gang van zaken binnen het casino, de Algemene Bedrijfsbepalingen en de voorgeschreven procedures. Gelet daarop kan volgens JVH van haar in redelijkheid niet gevraagd worden de arbeidsovereenkomst met [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] voort te zetten.

2.11.

De gemachtigde van [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] heeft bij brief van 23 februari 2016 aangegeven dat [verzoeker en verweerder in tegenverzoek] zich niet kan verenigen met het ontslag op staande voet.

2.12.

Bij brief van 4 maart 2016 heeft JVH meegedeeld dat zij vasthoudt aan het gegeven ontslag op staande voet.

3 Het verzoek

4 Het verweer en de (voorwaardelijke) tegenverzoeken

5 De beoordeling

6 Beslissing