Home

Rechtbank Midden-Nederland, 31-05-2017, ECLI:NL:RBMNE:2017:2512, C/415473/HA ZA 16-368

Rechtbank Midden-Nederland, 31-05-2017, ECLI:NL:RBMNE:2017:2512, C/415473/HA ZA 16-368

Gegevens

Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Datum uitspraak
31 mei 2017
Datum publicatie
12 juni 2017
ECLI
ECLI:NL:RBMNE:2017:2512
Zaaknummer
C/415473/HA ZA 16-368

Inhoudsindicatie

Moeder boekt geld over aan dochter, om moeders schulden mee te voldoen. Moeder failliet. Curator vordert wat dochter nog onder zich heeft. Geen onverschuld.betaling/ongerechtverrijking/bewaarneming, maar (ambtshalve aangevulde) wp.

Uitspraak

vonnis

Civiel recht

handelskamer

locatie Utrecht

zaaknummer / rolnummer: C/415473/ HA ZA 16-368

Vonnis van 31 mei 2017

in de zaak van

MR. N.S. REERINK,

in hoedanigheid van curator in het faillissement van

mevrouw [A],

kantoorhoudende te [vestigingsplaats] ,

eiser,

advocaat mr. N.S Reerink,

tegen

[gedaagde] ,

wonende te [woonplaats] ,

gedaagde,

advocaat mr. J. de Haan.

Partijen zullen hierna de curator en [gedaagde] genoemd worden. De failliet wordt hierna [A] genoemd.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

de dagvaarding

-

de conclusie van antwoord

-

het proces-verbaal van de comparitie van partijen

-

de akte inzake rekening en verantwoording, met producties, van [gedaagde]

-

de antwoordakte, met producties, van de curator.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten

2.1.

[gedaagde] is de dochter van [A] , die op 19 mei 2015 in staat van faillissement is verklaard. De curator is in dat faillissement als zodanig benoemd op 15 april 2016, als opvolger van mr. [B] .

2.2.

Voorafgaand aan haar faillissement heeft [A] diverse bedragen uit haar vermogen overgeboekt aan derden uit haar directe omgeving, waaronder [gedaagde] . Dit had tot doel dat die derden met die gelden schulden van [A] zouden voldoen of daarmee anderszins haar uitgaven zouden betalen. [A] wenste die bedragen op die wijze te onttrekken aan de verhaalsmogelijkheden van bepaalde schuldeisers, van wie zij beslaglegging vreesde.

2.3.

Bedragen die op die voet door [A] aan [gedaagde] zijn overgeboekt, heeft [gedaagde] ontvangen op haar Rabobankrekening [rekeningnummer] . Op die rekening is vanaf een bankrekening van [A] (al dan niet met voormeld doel) tussen 23 juni 2011 en 30 september 2014 € 323.865 overgeboekt. In elk geval een deel daarvan ad € 3.815 (ontvangen tussen 23 juni 2011 en 30 december 2012) is níet met dat doel aan [gedaagde] overgeboekt.

2.4.

De curator heeft ten laste van [gedaagde] conservatoir beslag doen leggen op haar aandelen in de vennootschap [bedrijfsnaam 1] B.V.

3 Het geschil

3.1.

De curator vordert - zakelijk weergegeven en na vermindering van eis - dat de rechtbank, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] veroordeelt om:

I binnen vijf dagen na betekening van het vonnis € 90.012,17 aan de curator te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf de dag van opeisbaarheid tot aan de volledige voldoening,

II de (na)kosten van het geding te vergoeden aan de curator, de kosten van het beslag daaronder begrepen en te vermeerderen met de wettelijke rente daarover indien die kosten niet binnen veertien dagen na het vonnis zijn voldaan.

3.2.

De curator legt primair aan zijn vordering ten grondslag dat [A] de hoofdsom onverschuldigd aan [gedaagde] heeft betaald, subsidiair dat [gedaagde] door de ontvangst van die hoofdsom ongerechtvaardigd is verrijkt ten laste van [A] en meer subsidiair dat [gedaagde] die hoofdsom onder zich heeft ten titel van bewaarneming, welke overeenkomst door de curator is opgezegd, zodat zij tot teruggave gehouden is.

3.3.

[gedaagde] voert verweer.

3.4.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4 De beoordeling

5 De beslissing