Home

Rechtbank Limburg, 15-05-2017, ECLI:NL:RBLIM:2017:4448, 5945357 CV EXPL 17-3848

Rechtbank Limburg, 15-05-2017, ECLI:NL:RBLIM:2017:4448, 5945357 CV EXPL 17-3848

Gegevens

Instantie
Rechtbank Limburg
Datum uitspraak
15 mei 2017
Datum publicatie
19 mei 2017
ECLI
ECLI:NL:RBLIM:2017:4448
Zaaknummer
5945357 CV EXPL 17-3848

Inhoudsindicatie

Kort geding. Vordering tot ontruiming van de woning. Overlast. Psychische problemen. Toerekenbaarheid. Noodtoestand. “Tenzij-clausule”.

Uitspraak

Burgerlijk recht

Zittingsplaats Maastricht

Zaaknummer: 5945357 CV EXPL 17-3848

Vonnis van de kantonrechter in kort geding van 15 mei 2017

in de zaak van:

de stichting WONINGSTICHTING HEEMWONEN,

gevestigd te Kerkrade,

eisende partij,

gemachtigde mr. C.J.P. Schellekens

tegen:

[gedaagde] ,

wonend te [woonplaats] ,

gedaagde partij,

gemachtigde mr. J. in ‘t Ven.

Partijen zullen hierna Heemwonen en [gedaagde] genoemd worden.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

de dagvaarding van 2 mei 2017 en de 40 door Heemwonen ingediende producties

-

de conclusie van antwoord met één productie

-

de mondelinge behandeling op 11 mei 2017.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten

2.1.

[gedaagde] huurt van Heemwonen met ingang van 16 april 2014 de woning aan het adres [adres 1] te [woonplaats] . De woning is gelegen op de vierde verdieping van een appartementencomplex.

2.2.

Op 1 januari 2016 en 5 april 2016 heeft de directe onderbuurvrouw van [gedaagde] melding gemaakt van geluidsoverlast, veroorzaakt door [gedaagde] .

2.3.

Met ingang van 26 januari 2017 hebben de bewoners van de drie appartementen die zich het dichtst bij die van [gedaagde] bevinden zeer regelmatig bij de politie en Heemwonen melding gemaakt van door [gedaagde] veroorzaakte (geluids)overlast. De klachten zien met name op schreeuwen en huilen van [gedaagde] vanuit haar woning, het (hoorbaar) gooien van voorwerpen in haar woning, aankloppen op deuren van bewoners, stank vanuit haar woning en het roken van joints in het trappenhuis. Voorts heeft de onderbuurvrouw wier appartement schuin onder dat van [gedaagde] is gelegen gemeld dat [gedaagde] zonder toestemming haar woning heeft betreden waarbij [gedaagde] haar betichtte van diefstal. Ook de directe buurman van [gedaagde] is door [gedaagde] beschuldigd van diefstal. Van diverse meldingen heeft de politie zogenoemde mutatierapporten opgesteld.

2.4.

Op 1 februari 2017 heeft een ondernemer met een winkel in de buurt van het appartementencomplex waar [gedaagde] verblijft bij de politie gemeld dat regelmatig “een meid die in een psychose zit” en die woont aan de [adres 1] in haar winkel komt. Het mutatierapport dat van die melding is opgemaakt vermeldt dat het gaat om [gedaagde] .

2.5.

Blijkens een mutatierapport van de politie van 17 februari 2017 heeft de bewoonster van de woning aan het adres [adres 2] (niet gelegen in het appartementencomplex waar [gedaagde] woont) gemeld dat [gedaagde] in verwarde toestand op dit adres heeft aangebeld. Het mutatierapport vermeldt voorts (onder meer) dat de agenten met [gedaagde] naar haar appartement zijn gegaan alwaar een “gigantische puinzooi” werd aangetroffen.

2.6.

Heemwonen heeft [gedaagde] bij brieven van 20 februari, 10 maart en 28 maart 2017 erop gewezen dat omwonenden overlast van haar ondervinden en [gedaagde] verzocht de overlast te staken.

2.7.

Op 3 april 2017 heeft mr. [naam sociaal consulent] (sociaal consulent van Heemwonen; hierna: [naam sociaal consulent] ) [gedaagde] thuis bezocht en bij die gelegenheid geconstateerd dat de woning van [gedaagde] “enorm stonk en dat het er vies en rommelig was. Er waren katten in de woning en de aanwezige kattenbakken waren overvol met poep. Bovendien waren er veel vliegen in de woning.”.

2.8.

Heemwonen heeft vervolgens bij brief van 4 april 2017 [gedaagde] geadviseerd zich onder klinische behandeling te stellen van een GGZ-instelling. Heemwonen heeft haar voorts medegedeeld voornemens te zijn de huurovereenkomst op te zeggen en haar in de gelegenheid gesteld om de huurovereenkomst zelf op te zeggen.

2.9.

Bij een tweede bezoek van [naam sociaal consulent] op 10 april 2017 heeft [gedaagde] verklaard de huurovereenkomst niet te zullen opzeggen, waarop [naam sociaal consulent] heeft aangekondigd dat een juridische procedure zal volgen.

2.10.

Tot en met 15 april 2017 hebben diverse bewoners van het appartementencomplex en met name de bewoners van de reeds eerder genoemde drie appartementen bij Heemwonen melding gemaakt van aanhoudende (geluids)overlast die wordt veroorzaakt door [gedaagde] .

2.11.

De directe onderburen van [gedaagde] hebben Heemwonen bij e-mailbericht van 4 april 2017 medegedeeld dat zij in verband met de overlast bij familie zullen gaan verblijven en dat zij op zoek zijn naar een andere woning.

2.12.

Bij e-mailbericht van 15 april 2017 heeft de onderbuurvrouw van [gedaagde] wier woning schuin onder dat van [gedaagde] is gelegen aan Heemwonen medegedeeld dat zij een paar dagen bij haar ouders gaat slapen omdat zij thuis niet meer kan slapen. Diezelfde onderbuurvrouw heeft bij e-mailbericht van 1 mei 2017 aan Heemwonen medegedeeld dat zij is opgenomen in een instelling vanwege slaaptekort en stress, hetgeen “een randpsychose heeft getriggerd.”

3 Het geschil

3.1.

Heemwonen vordert bij wijze van onmiddellijke voorziening bij voorraad [gedaagde] te veroordelen:

-

de woning binnen zeven dagen na betekening van het vonnis te ontruimen en te verlaten,

-

tot betaling van de proceskosten en de nakosten.

3.2.

[gedaagde] voert verweer.

4 De beoordeling

5 De beslissing