Home

Rechtbank Amsterdam, 21-06-2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:4334, 13/845077-14

Rechtbank Amsterdam, 21-06-2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:4334, 13/845077-14

Gegevens

Instantie
Rechtbank Amsterdam
Datum uitspraak
21 juni 2017
Datum publicatie
23 juni 2017
ECLI
ECLI:NL:RBAMS:2017:4334
Zaaknummer
13/845077-14

Inhoudsindicatie

Een 39-jarige man is veroordeeld tot een taakstraf van 180 uur voor witwassen.

Uitspraak

VONNIS

Parketnummer: 13/845077-14 (Promis)

Datum uitspraak: 21 juni 2017

Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen

[verdachte ] ,

geboren te [geboortegegevens] 1977,

ingeschreven in de Basisregistratie personen op het adres [adres] .

1 Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 7 juni 2017.

De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. M. Boerlage, en van wat verdachte en zijn raadsman, mr. T. den Haan, naar voren hebben gebracht.

2 Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat

hij in of omstreeks de periode van 15 oktober 2009 tot en met 20 december 2010 te Amsterdam Zuidoost, gemeente Amsterdam, althans in Nederland, een voorwerp(en), te weten een of meer geldbedrag(en) (van in totaal 49.254 euro) heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen en/of omgezet, althans van een voorwerp, te weten genoemd(e) geldbedrag(en) gebruik heeft gemaakt, terwijl zij wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat bovenomschreven voorwerp(en) -onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf, immers heeft verdachte (onder meer):

- een of meer geldbedragen van in totaal 49.254 euro, in elk geval enig geldbedrag, zijnde (onterecht) verstrekte uitkeringen Kinderopvangtoeslag ten name van [naam 1] en/of [naam 2] en/of [naam 3] ontvangen op zijn, verdachtes, bankrekeningen

-een of meer geldbedragen van in totaal ongeveer 49.254 euro, in elk geval enig geldbedrag, contant opgenomen van zijn, verdachtes, bankrekeningen en/of vervolgens afgegeven aan [medeverdachte 1] .

3 Voorvragen

De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het tenlastegelegde feit en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4 Waardering van het bewijs

5 Bewezenverklaring

6 De strafbaarheid van het feit

7 De strafbaarheid van verdachte

8 Motivering van de straf

9 Toepasselijke wettelijke voorschriften

10 Beslissing