Rechtbank Amsterdam, 16-05-2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:3320, 13/698969-15
Rechtbank Amsterdam, 16-05-2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:3320, 13/698969-15
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Amsterdam
- Datum uitspraak
- 16 mei 2017
- Datum publicatie
- 18 mei 2017
- ECLI
- ECLI:NL:RBAMS:2017:3320
- Zaaknummer
- 13/698969-15
Inhoudsindicatie
onderzoek Oedang, ’krokodillenbende’, criminele organisatie 11b Opiumwet, witwassen
Uitspraak
VONNIS
Parketnummer: 13/698969-15 (Promis)
Datum uitspraak: 16 mei 2017
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1982,
ingeschreven in de Basisregistratie personen op het adres [adres verdachte] .
1 Het onderzoek ter terechtzitting
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting op 20, 21, 23, 24, 27 en 28 maart 2017 en 2 mei 2017.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie mr. K. Duker en van wat verdachte en haar raadsvrouw, mr. B. Molleman, naar voren hebben gebracht.
2 De tenlastelegging
Verdachte wordt er – samengevat – van beschuldigd dat zij
1. in de periode van 10 december 2015 tot en met 18 februari 2016 samen met anderen verschillende soorten harddrugs heeft uitgevoerd naar het buitenland
2. in de periode van 1 januari 2015 tot en met 23 februari 2016 samen met anderen verschillende soorten harddrugs aanwezig heeft gehad en daarin heeft gehandeld
3. op 23 februari 2016 samen met anderen harddrugs aanwezig heeft gehad
4. in de periode van 1 januari 2015 tot en met 23 februari 2016 heeft deelgenomen aan een criminele organisatie die tot oogmerk had het plegen van drugsdelicten
5. op 23 februari 2016 samen met anderen een geldbedrag heeft (schuld)witgewassen
De tenlastelegging is op de zitting van 20 maart 2017 gewijzigd. De tekst van de volledige tenlastelegging na wijziging ter terechtzitting is opgenomen in bijlage 1 bij dit vonnis en geldt als hier ingevoegd.
3 Voorvragen
De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van de ten laste gelegde feiten en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.