Home

Rechtbank Amsterdam, 17-12-2015, ECLI:NL:RBAMS:2015:10248, 13/650288-15

Rechtbank Amsterdam, 17-12-2015, ECLI:NL:RBAMS:2015:10248, 13/650288-15

Gegevens

Instantie
Rechtbank Amsterdam
Datum uitspraak
17 december 2015
Datum publicatie
15 juni 2017
ECLI
ECLI:NL:RBAMS:2015:10248
Zaaknummer
13/650288-15

Inhoudsindicatie

Poging tot zware mishandeling. Bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.

Uitspraak

VONNIS

Parketnummer: 13/650288-15 (Promis)

Datum uitspraak: 17 december 2015

Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen

[naam verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1992,

ingeschreven in de Basisregistratie personen op het adres [adres 1] ,

thans gedetineerd in het Huis van Bewaring [detentieadres] .

1 Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 9 juli 2015, 1 oktober 2015 en 3 december 2015.

De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie mr. M.L. Vermeulen en van wat verdachte en zijn raadsman mr. R.A. van der Horst naar voren hebben gebracht.

2 Tenlastelegging

Aan verdachte is – na wijziging ter terechtzitting van 3 december 2015 – ten laste gelegd dat

1. primair:

hij op of omstreeks 03 april 2015 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, aan [naam slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten een schotwond in het onderbeen (de kogel zit tot op heden nog in het onderbeen) en/of een (haar)breuk in het onderbeen, heeft toegebracht, door voornoemde [naam slachtoffer] met dat opzet met een vuurwapen in het onderbeen te schieten;

(Artikel 302 Wetboek van Strafrecht)

subsidiair:

hij op of omstreeks 03 april 2015 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk [naam slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet naar voornoemde [naam slachtoffer] is toegegaan en/of (vervolgens) voornoemde [naam slachtoffer] met een vuurwapen in het onderbeen, in elk geval in het lichaam heeft geschoten;

(artikel 302 jo 45 Wetboek van Strafrecht)

- de woorden toegevoegd: "Eigenlijk moet ik je doodmaken", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking en/of

- een vuurwapen op/tegen de borst gericht en/of

- met een vuurwapen in het onderbeen geschoten.

(Artikel 285 Wetboek van Strafrecht)

3 Voorvragen

De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van de ten laste gelegde feiten en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4 Waardering van het bewijs

5 Bewezenverklaring

6 De strafbaarheid van de feiten

7 De strafbaarheid van verdachte

8 Motivering van de straf

9 Het beslag

10 De vordering van de benadeelde partij

11 Toepasselijke wettelijke voorschriften

12 Beslissing