Home

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, 06-06-2017, ECLI:NL:OGEAA:2017:474, EJ. nr. 160 van 2017

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, 06-06-2017, ECLI:NL:OGEAA:2017:474, EJ. nr. 160 van 2017

Gegevens

Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Datum uitspraak
6 juni 2017
Datum publicatie
27 juni 2017
ECLI
ECLI:NL:OGEAA:2017:474
Zaaknummer
EJ. nr. 160 van 2017

Inhoudsindicatie

Personen- en familierecht - Ondercuratelestelling - toegewezen wegens een gewoonte van misbruik van verdovende of stimulerende middelen.

Uitspraak

Beschikking van 6 juni 2017

behorend bij EJ. nr. 160 van 2017

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA

BESCHIKKING

op het verzoek van:

[de moeder],

wonende in Aruba, [adres],

VERZOEKSTER, hierna te noemen: de moeder,

verschenen in persoon,

om ondercuratelestelling van:

[gerekestreerde],

wonende in Aruba, [adres],

GEREKESTREERDE, hierna te noemen: [gerekestreerde].

in persoon,

Belanghebbenden:

[de vader], de vader,

[de zus], de zus,

[de tante], de tante,

[de neef], de neef,

[de tante], de tante.

1 DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:

-

het verzoekschrift, ingediend op 26 januari 2017.

-

de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling van 25 april 2017, waarbij aanwezig waren de moeder, de vader, de zus en de twee tantes en [gerekestreerde] in persoon.

De uitspraak is bepaald op heden.

2 HET VERZOEK

Het verzoek strekt ertoe dat [gerekestreerde] onder curatele wordt gesteld met benoeming van zijn moeder tot zijn curatrice met bevel tot plaatsing van [gerekestreerde] in het rehabilitatiecentrum Centro di Motivacion voor de duur van één jaar. Daartoe wordt - kort samengevat - gesteld dat [gerekestreerde] wegens stimulerende middelen zijn belangen niet behoorlijk kan waarnemen, in het openbaar herhaaldelijk aanstoot geeft, en zijn eigen veiligheid alsmede die van anderen in gevaar brengt.

3 DE BEOORDELING

3.1

Ingevolge artikel 1:378 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BWA) kan een meerderjarige, door de rechter, onder curatele worden gesteld wegens gewoonte van drankmisbruik, dan wel gewoonte van misbruik van verdovende of stimulerende middelen waardoor hij zijn belangen niet behoorlijk waarneemt, in het openbaar herhaaldelijk aanstoot geeft, of de eigen veiligheid of die van anderen in gevaar brengt. Ingevolge artikel 1:387 lid 1 BWA heeft de rechter het vermogen om de persoon die uit gewoonte van misbruik van verdovende of stimulerende middelen onder curatele is gesteld, hetzij tegelijk met deze voorziening, uiterlijk voor één jaar ter verpleging in een inrichting te doen plaatsen, ingeval is gebleken dat hij in het openbaar herhaaldelijk aanstoot geeft of zijn eigen veiligheid of die van anderen in gevaar brengt.

3.2

De moeder en andere familieleden hebben verklaard dat [gerekestreerde] de familie stelselmatig lastig valt. [gerekestreerde] komt immers op ongelegen tijdstippen langs en bedreigt zijn ouders. Tevens heeft [gerekestreerde] de auto van zijn ouders vernield. Volgens de familie is de drugsverslaving van [gerekestreerde] dermate ernstig en leidt deze tot zoveel agressiviteit dat zowel de familie, de maatschappij alsook [gerekestreerde] in bescherming genomen dient te worden.

3.3

Het gerecht is, gelet op het vorenstaande, dan ook van oordeel dat het verzoek tot ondercuratelestelling van [gerekestreerde] voor toewijzing vatbaar is. Gezien de gedragingen van [gerekestreerde] is een gedwongen plaatsing in een rehabilitatiecentrum geïndiceerd.

3.4

Het gerecht acht - na de bespreking ter zitting - dat de benoeming van [de zus] tot curatrice het meest strookt met de belangen van [gerekestreerde]. [de zus] is de zus van betrokkene. Zij is bereid curatrice te worden en [gerekestreerde] heeft ter zitting verklaard het daarmee eens te zijn. Nu voor het overige van geen bezwaren hiertegen is gebleken, zal het gerecht dienovereenkomstig beslissen.

3.5

De curatrice dient ingevolge artikel 1:386 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) juncto artikel 1:338 BW binnen acht weken na aanvang van haar taak als curatrice een schriftelijke opgave ter griffie van dit gerecht te doen van de bij het begin van de curatele aanwezige gerede gelden, effecten aan toonder en spaarbankboekjes.

De curatrice dient voorts binnen acht maanden na aanvang van haar taak als curatrice ter bevestiging van haar deugdelijkheid een door haar ondertekende boedelbeschrijving bij de griffie van dit gerecht in te dienen. In de boedelbeschrijving is begrepen opgave van de wijzigingen in de samenstelling van het vermogen tot het ogenblik dat zij wordt opgemaakt.

3.6

De curatrice dient ingevolge artikel 1:386 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) juncto artikel 1:359 lid 1 BW jaarlijks een rekening van zijn bewind over de goederen van de onder curatele gestelde, voor het eerst uiterlijk op 1 juni 2018.

4 DE BESLISSING