Home

Hoge Raad, 23-06-2017, ECLI:NL:HR:2017:1148, 16/05079

Hoge Raad, 23-06-2017, ECLI:NL:HR:2017:1148, 16/05079

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
23 juni 2017
Datum publicatie
23 juni 2017
ECLI
ECLI:NL:HR:2017:1148
Formele relaties
Zaaknummer
16/05079

Inhoudsindicatie

Art. 81 lid 1 RO. Personen- en familierecht. Verdeling huwelijksgoederengemeenschap na echtscheiding. Benadeling van de gemeenschap, art. 1:164 BW.

Uitspraak

23 juni 2017

Eerste Kamer

16/05079

TT/MD

Hoge Raad der Nederlanden

Beschikking

in de zaak van:

[de man],wonende te [woonplaats],

VERZOEKER tot cassatie,

advocaat: mr. H.J.W. Alt,

t e g e n

[de vrouw],wonende te [woonplaats],

VERWEERSTER in cassatie,

niet verschenen.

Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de man en de vrouw.

1 Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:

a. de beschikkingen in de zaak C/09/438908 en C/09/450560 van de rechtbank Den Haag van 17 januari 2014, 24 april 2014, 8 mei 2014, 17 juli 2014, 7 april 2015, 14 augustus 2015;

b. de beschikkingen in de zaak 200.178.509/01 en 200.178.511/01 van het gerechtshof Den Haag van 16 december 2015 en 13 juli 2016, verbeterd bij beschikking van 12 oktober 2016.

De beschikkingen van het hof zijn aan deze beschikking gehecht.

2 Het geding in cassatie

Tegen de beschikking van 13 juli 2016, verbeterd bij beschikking van 12 oktober 2016 van het hof heeft de man beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest en het aanvullend verzoekschrift zijn aan deze beschikking gehecht en maken daarvan deel uit.

De vrouw heeft geen verweerschrift ingediend.

De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekt tot verwerping van het cassatieberoep.

De advocaat van de man heeft bij brief van 28 april 2017 op die conclusie gereageerd.

3 Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4 Beslissing