Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 09-02-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:960, 200.189.121/01

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 09-02-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:960, 200.189.121/01

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
9 februari 2017
Datum publicatie
24 mei 2017
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2017:960
Zaaknummer
200.189.121/01

Inhoudsindicatie

Gebruiksvergoeding voortgezet gebruik echtelijke woning. Bijdrage in gezamenlijke lasten.

Uitspraak

locatie Arnhem

afdeling civiel recht

zaaknummer gerechtshof 200.189.121

(zaaknummers rechtbank Midden-Nederland 390737 en 402006)

beschikking van 9 februari 2017

inzake

[verzoekster],

wonende te [woonplaats],verzoekster in het principaal hoger beroep,

verweerster in het incidenteel hoger beroep,

verder te noemen: de vrouw,

advocaat: mr. M.P.G. Roobeek te Mijdrecht, gemeente De Ronde Venen,

en

[verweerder],

wonende te [woonplaats],

verweerder in het principaal hoger beroep,

verzoeker in het incidenteel hoger beroep,

verder te noemen: de man,

advocaat: mr. L.L.A. Cox te Utrecht.

1 Het geding in eerste aanleg

Het hof verwijst voor het geding in eerste aanleg naar de beschikking van de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, van 13 januari 2016, uitgesproken onder voormelde zaaknummers.

2 Het geding in hoger beroep

2.1

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

het beroepschrift met producties 1 tot en met 10, ingekomen op 11 april 2016;

-

het verweerschrift, tevens houdende incidenteel hoger beroep, met producties A tot en met G;

-

het verweerschrift in het incidenteel hoger beroep;

-

een journaalbericht van mr. Roobeek van 15 november 2016 met producties 11 tot en met 17;

-

een journaalbericht van mr. Cox van 15 november 2016 met productie H;

-

een journaalbericht van mr. Roobeek van 17 november 2016 met producties 18 tot en met 20.

2.2

De mondelinge behandeling heeft op 29 november 2016 plaatsgevonden. Partijen zijn in persoon verschenen, bijgestaan door hun advocaten.

3 De vaststaande feiten

3.1

Het huwelijk van de partijen is op 4 mei 2016 ontbonden door echtscheiding.

3.2

Bij de bestreden - uitvoerbaar bij voorraad verklaarde - beschikking van 13 januari 2016 heeft de rechtbank, voor zover hier van belang:

- bepaald dat de vrouw met ingang van de datum dat de echtscheidingsbeschikking is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand, bij wijze van gebruiksvergoeding voor het gebruik van de woning aan de [adres] (hierna te noemen: de echtelijke woning), gedurende het voortgezet gebruik € 685,- per maand aan de man moet betalen;

- voor recht verklaard dat de man vanaf 20 april 2015 tot de datum van de beschikking, zijnde 13 januari 2016, is gehouden een bedrag van € 200,- per maand voor de kosten van de gezamenlijke dieren van partijen aan de vrouw te voldoen.

4 De omvang van het geschil

5 De motivering van de beslissing

6 De slotsom

7 De beslissing