Gerechtshof Amsterdam, 17-05-2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:1813, 23-004325-16
Gerechtshof Amsterdam, 17-05-2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:1813, 23-004325-16
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 17 mei 2017
- Datum publicatie
- 18 mei 2017
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2017:1813
- Zaaknummer
- 23-004325-16
Inhoudsindicatie
Diefstal van twee parfums. Bevestiging vonnis rechtbank, behalve ten aanzien van de strafoplegging.
Uitspraak
afdeling strafrecht
parketnummer: 23-004325-16
datum uitspraak: 17 mei 2017
TEGENSPRAAK (raadsman gemachtigd)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 21 november 2016 in de strafzaak onder parketnummer 15-800483-16 tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1975,
thans zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 3 mei 2017 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de raadsman naar voren is gebracht.
Vonnis waarvan beroep
Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen behalve ten aanzien van de strafoplegging. In zoverre zal het vonnis worden vernietigd. Ten aanzien van de strafoplegging overweegt het hof als volgt.
Oplegging van straf
De politierechter in de rechtbank Noord-Holland heeft de verdachte voor het in eerste aanleg bewezen verklaarde veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 60 uren, te vervangen door 30 dagen hechtenis, waarvan 30 uren voorwaardelijk, te vervangen door 15 dagen hechtenis, met een proeftijd van 2 jaren.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het ten laste gelegde zal worden veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 2 weken, met een proeftijd van 2 jaren.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan diefstal van twee parfums – ook wel omschreven als ‘geurtjes’- bij een vestiging van [bedrijf]. Daardoor heeft hij er blijk van gegeven het eigendomsrecht van het winkelbedrijf niet te respecteren. Winkeldiefstallen zijn voorts hinderlijke, overlast gevende feiten.
Uit de “SKDB-gegevens” blijkt dat de verdachte geen vaste woon- of verblijfplaats heeft. De raadsman van de verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep medegedeeld dat de verdachte af en toe een kamer huurt op het Damrak en dat hij moeilijk te bereiken is. Gelet hierop alsmede op het strafblad van de verdachte, is een taakstraf als strafmodaliteit niet aan de orde.
Het hof acht, alles afwegende, een voorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur passend en geboden.